Verdubbeling spoorlijn Leiden – Woerden

Leiden en Utrecht zijn in principe groot genoeg, om een Intercity-verbinding tussen de twee steden te rechtvaardigen. De huidige verbinding bestaat uit een sneltrein die drie haltes overslaat, en voor de NS heet dat een ‘Intercity’. Veel meer kan niet, want de spoorlijn Leiden – Alphen – Woerden werd in 1878 als enkelsporige plattelandslijn aangelegd, en is nog grotendeels enkelsporig. Plannen om de 33 km lange lijn te vertrammen, als RijnGouwelijn, zijn inmiddels van tafel. In de huidige plannen (HOV-net Zuid-Holland Noord) krijgt de lijn twee nieuwe stations, iets meer dubbelspoor, en naast de Intercity een Sprinter. Hier wordt een volledige verbouwing voorgesteld, aansluitend op een tunnel door Leiden.

De toekomstige functie bepaalt hoeveel er aan de infrastructuur toegevoegd moet worden. Een tweede spoor is relatief eenvoudig, want buiten Leiden loopt de lijn vooral door open veld, en langs de rand van de dorpen. Dat levert echter weinig op, zonder aanpak van de enkelsporige lijn binnen Leiden zelf. Voor een echte ‘Intercity’, moeten ook enkele scherpe bochten verruimd worden. Hoogfrequente diensten, en nieuwe stations, vereisen nog meer aanpassingen.

Hier wordt uitgegaan van een tweesporige tunnel door de bebouwde kom van Leiden, tot aan de A4. De tunnel loopt dus ook onder het Rijn-Schiekanaal (Vliet). Daarmee verdwijnen zowel de overweg aan de kade, als de verouderde spoorbrug over het kanaal zelf. Dat valt niet te combineren met de net aangelegde onderdoorgang, naast het Rijn-Schiekanaal. Deze lijkt niet ontworpen voor een tweede spoor, en het doet ook niets aan de verouderde spoorbrug. Voor intensivering en betrouwbaarheid van de diensten, is een tunnel of aquaduct een vereiste. Dat impliceert ook een tunnel bij Station Lammenschans, want er is onvoldoende ruimte om te klimmen naar een viaduct.

De verbouwing van de lijn naar Woerden wordt dus hier beschreven vanaf de A4. Overigens kan de Leidse tunnel ook worden gebruikt, voor een nieuwe verbinding met Zoetermeer, maar dat wordt hier niet verder besproken.

Onder de snelweg A4 is in principe geen aanpassing nodig, want de lijn is hier al tweesporig. Er is al sprake van een toekomstige station Meerburg, net na de snelweg, vooral als P+R voorziening. Dat is goed te combineren met een station bij de Burg. Smeetsweg, de toegang tot de Heineken-brouwerij. Die zou ook de kern Zoeterwoude-Rijndijk bedienen.

Kaarten van Opentopomap, CC_BY_SA.

Na de Heineken-brouwerij, loopt de lijn door de weilanden. Het bestaat uit rechte stukken, met enkele bochten ertussen. Met spoorverdubbeling en verruiming van die bochten, is de lijn dan geschikt voor 140 km/h. Ook enkele overwegen, die vooral toegang geven tot boerderijen, moeten opgegeven of vervangen worden.

Aan de rand van Hazerswoude Rijndijk is er ook een bocht, en een overweg. De weg kan hier makkelijk over de lijn heen, en de bocht kan desnoods verruimd worden. Iets verderop is een nieuw station reeds gepland, op de plek van de voormalige halte. Voor een echte Intercity-dienst op de lijn, zijn twee doorgaande sporen wenselijk, en daarvoor is er wel ruimte.

In Alpen aan den Rijn is het station onlangs verbouwd, met drie perronsporen. Het ligt 16 km van Leiden, en is ook eindpunt van de lijn uit Gouda. Na het mislukken van de RijnGouwelijn, krijgt die lijn een ‘light-train’ kwartierdienst. Hier werd eerder voorgesteld om deze juist tot stadsregio metrolijn Rotterdam – Alphen om te bouwen. Voor de lijn Leiden – Utrecht maakt het in principe niets uit, zolang er voldoende keersporen zijn, ten noorden van het station. (Bij hoogfrequente diensten, moeten de perronsporen niet als keerspoor worden gebruikt).

Aan de westrand van Alphen, aan de randweg, is een nieuw station mogelijk. Dat moet goed onderzocht worden, want het bedient alleen bedrijfsterreinen. Door de ligging is een station aan de oostrand niet zinvol, in elk geval niet aan de lijn naar Utrecht, wel misschien aan de lijn naar Gouda. De prioriteit ligt echter bij een ongelijkvloerse kruising van de twee lijnen. Op zijn beurt moet deze afgestemd worden, op een nieuwe aquaduct onder de Gouwe: de huidige draaiburg is een knelpunt. Ook de resterende overwegen in Alphen moeten verdwijnen.

Na de Gouwe, loopt de lijn weer door de weilanden. Bij Zwammerdam moet de bocht waarschijnlijk verruimd worden. Ook hier zijn twee doorgaande sporen wenselijk, om stoptreinen in te halen. Dat kan ook in combinatie met een nieuw station, in elk geval bij uitbreiding van het dorp (2000 inwoners, maar daarvan een flink deel in een zorginstelling).

Ook bij Bodegraven kan de bocht bij het station verruimd worden, als de perrons iets naar het oosten verschuiven. Daarvoor moet de overweg Goudseweg dicht, maar tegelijkertijd kan de overweg aan de westkant van het station (Oud-Bodegraafsweg) worden vervangen door een onderdoorgang. Bij de Goudseweg zou dan een fiets- en perrontunnel overblijven. Bij verdere dorpsuitbreiding aan de oostkant van Bodegraven, is een tweede station denkbaar, aan de bestaande onderdoorgang.

Na een bocht aan de rand van Bodegraven, loopt de lijn rechtdoor naar de aansluiting Woerden-Molenvliet. Op dit stuk moeten enkele landbouw-overwegen worden vervangen, en de baanvaksnelheid verhoogd tot 140 km/h. De aansluiting zelf is al daarvoor geschikt. Bij Woerden Molenvliet is al langer een station gepland, vooral als eindpunt van een Randstadspoor lijn uit Tiel. De verbinding tussen het station en de woonwijk Molenvliet moet wel verbeterd worden.

Na deze aansluiting, is de lijn viersporig tot aan het Amsterdam-Rijnkanaal, en vanaf 2019 geheel viersporig, tot aan Utrecht Centraal. Alle treinen uit Leiden zouden ook in Woerden stoppen. Mogelijk kunnen de stoptreinen uit Leiden daarna doorrijden tot Utrecht, met overstap in Woerden op Randstadspoor.

De huidige plannen (HOV-net Zuid-Holland Noord) voorzien in vier treinen per uur, vanaf 2018. De hier beschreven verbouwing maakt meer mogelijk. Met de passeer-sporen in Hazerswoude en Zwammerdam, mogelijk ook bij Molenvliet, heeft de Intercity geen last van de stoptreinen. Met de 16 km Woerden – Utrecht erbij, is het het 49 km van Leiden naar Utrecht, en een reistijd van 35 minuten moet haalbaar zijn. De huidige Intercity heeft 46 minuten nodig, en stopt op vier stations.

De toegevoegde capaciteit laat ook meer stoptreinen toe, meer dan twee per uur. Het grote knelpunt is dan niet de lijn zelf, maar de beperkte perroncapaciteit bij Leiden Centraal. De eerder voorgestelde tunnel door Leiden is feitelijk een vervanging van de huidige lijn op maaiveld, en kan ook niet goed aansluiten op de doorgaande sporen (Oude Lijn). In het voorgestelde ondergronds station, op de plek van het huidige busstation, is er misschien ruimte voor vier perronsporen. Ideaal zou zijn, om de sporen uit Woerden aan te sluiten op de sporen richting Haarlem, maar daarvoor ontbreekt de ruimte.

Verdubbeling spoorlijn Leiden – Woerden

Spoortunnel door Leiden

Tussen Leiden en Utrecht rijdt een “Intercity”, maar de spoorlijn zelf is geen hoofdlijn, en is dat nooit geweest. Als onderdeel van een volledige opwaardering van de lijn, wordt hier een spoortunnel door de bebouwde kom van Leiden voorgesteld. De lijn verliest daarmee zijn verbinding met de Oude Lijn (Rotterdam – Haarlem – Amsterdam). Daartegenover staat, dat de tunnel ook gebruikt kan worden voor een nieuwe verbinding met Zoetermeer. Het is echter onverenigbaar met de hier eerder voorgestelde lichte metro Leiden – Zoetermeer.

alphense-lijn

De spoorlijn Leiden – Alphen – Woerden werd in 1878 door de weilanden aangelegd, en is nog grotendeels enkelsporig. Vanaf Woerden, gebruiken de treinen de hoofdlijn Rotterdam – Utrecht. Op één brug na, is dit gedeelte viersporig, en de aansluiting bij Woerden is ongelijkvloers.

Vanaf 2018, rijden er vier treinen per uur tussen Leiden en Utrecht, als onderdeel van het HOV-net Zuid-Holland Noord. De dienst Alphen – Gouda wordt daarbij afgesplitst. Maar ook in 2018 blijft de lijn grotendeels enkelsporig, inclusief het traject in Leiden zelf, dat ook planologisch ongeschikt is. Als je de spoorlijn en de omgeving goed bekijkt, dan is het duidelijk dat de Gemeente Leiden van de lijn af wil. Een tijdlang was het inderdaad de bedoeling om het te vervangen door een tramlijn door de binnenstad, de RijnGouwelijn. Een tramlijn wou de gemeente overigens ook niet, en die plannen zijn inmiddels van tafel.

De lijn in Leiden

Hier wordt alleen de lijn binnen de bebouwde kom van Leiden beschreven. Vanuit de richting Woerden, kruist de spoorlijn eerst het Rijn-Schiekanaal op een draaibrug, met meteen daarna een overweg. Het kanaal vormt hier de grens van de bebouwde kom. De lijn klimt naar Station Lammenschans, dat op viaduct ligt. Vervolgens daalt het weer, en passeert nog twee overwegen en de Trekvliet-brug. Na het voormalige rangeerterrein kruist de lijn de Oude Rijn op een draaibrug, met aan beide kanten overwegen. Vervolgens draait de lijn in een scherpe bocht, en klimt ook nog, om station Leiden Centraal te bereiken. De treinen uit Utrecht hebben eigen perrons: de hoofdperrons zijn niet eens te bereiken vanaf de aansluiting, omdat deze zo dicht bij het station ligt.

De spoorlijn, om de binnenstad heen …

lammenschans

De helling, brug, en overwegen bij de Oude Rijn zijn de grootse obstakels. Het is echter niet mogelijk om vanuit een tunnel onder de Oude Rijn de bestaande perrons te bereiken. Dat betekent een tunnel naar het station, en ondergrondse perrons, op de plek van het busstation. Een tunnel of aquaduct onder het Rijn-Schiekanaal is ook niet te combineren met een station op viaduct bij Lammenschans, en een tunnel bij Lammenschans is niet te combineren met een Trekvliet-brug. Volledige ondertunneling in de bebouwde kom, is daarom de enige manier om alle overwegen en bruggen te vermijden.

Dat betekent dat de bouw van een tunnel ook niet gefaseerd kan worden. Treinen kunnen tijdens de bouw niet naar Leiden Centraal rijden. Wel is een tijdelijk kopstation Lammenschans haalbaar, aan de Treublaan, te bereiken met een tijdelijke spoorbrug over het Rijn-Schiekanaal. Na de bouw wordt de tunnel, inclusief een nieuw station Lammenschans, in zijn geheel in gebruik genomen.

Tunnel-tracé door Leiden

De inrit van de nieuwe tunnel zou beginnen bij de A4, ongeveer 800 m voor het Rijn-Schiekanaal. Dat heeft geen gevolgen voor het geplande station Zoeterwoude-Rijndijk. Een aquaduct is de beste optie voor het kruisen van het kanaal: de overweg wordt daarmee gelijk opgeheven.

Het nieuwe Station Lammenschans komt deels onder de Lammenschansweg, maar niet noodzakelijk geheel in tunnel. Met hoogfrequente diensten en heringerichte buslijnen, kan dit een belangrijk overstappunt worden. Het is echter wenselijk dat het station een doorgaande spoor krijgt, voor inter-regionale diensten (als opvolger van de huidige ‘Intercity’).

Mogelijke buslijnen vanaf Station Lammenschans: basiskaart van Jan-Willem van Aalst, onder CC 4.0 licentie

ster-lijnen-lammenschans

Het tracé onder de Trekvliet doorsnijdt een woonwijk, en kan beter volledig ondertunneld worden: de overwegen Telderskade en Herenstraat verdwijnen. Dat geldt ook voor het voormalig goederenstation, achter de Witte Singel en de Rijn en Schiekade, waar woningen in aanbouw zijn.

Mogelijk komt daar ook een nieuw station, halverwege tussen Lammenschans en Leiden Centraal. Dat moet goed worden onderzocht: vanwege grachten en stratenpatroon, sluit de locatie niet helemaal aan op de omgeving. Het ligt wel dichtbij een cluster van universiteitsgebouwen, waaronder de hoofdbibliotheek, maar de afstand tot Leiden Centraal is ook niet groot. De bouw van een toegang tot het station vereist de sloop van enkele nieuwe woningen, en van enkele 19e-eeuwse huizen langs de Rijn en Schiekade. Een noordelijke uitgang, ter hoogte van de Toussaintkade / Groenhovenstraat, kan op de universiteitsgebouwen worden aangesloten. Een zuidelijke uitgang ter hoogte van de Klooslaan bedient de woonwijk aan de westzijde, met een voetgangersroute naar de Witte Singel. Die ligt tegenover de Hortus Botanicus van de universiteit, en ‘Leiden-Hortus’ lijkt een geschikte naam voor het station.

wittesingel-hortus

Het is echter niet nodig dat de buslijnen op dit station aansluiten, omdat Leiden Centraal en Lammenschans betere overstappunten zijn.

De lijn moet nu de Oude Rijn kruisen, dat hier ‘Galgewater’ heet. De bestaande draaibrug is sowieso aan vervanging toe, en vervanging door een tunnel is een voorwaarde voor intensief gebruik van dit tracé. Om de bocht te verbeteren komt de tunnel ten westen van de huidige brug: de sloop van een nieuw appartementen-gebouw is hier onvermijdelijk.

Net als de bestaande lijn, moet de tunnel nu draaien naar station Leiden Centraal. De bocht kan iets ruimer, maar niet veel, en ook hier is de sloop van enkele woningen aan de Transvaalkade onvermijdelijk. De tunnel loopt dan tussen het spoorviaduct en de ondertunnelde Schipholweg, naar het stationsplein.

station-en-oude-rijn

De twee kopsporen, die hun functie verliezen, kunnen gesloopt worden om plaats te maken voor ondergronds perrons. Uiteraard moeten stationsingangen en busperrons worden aangepast. (Voor een eventuele tramlijn heeft de tunnel geen gevolgen).

Gemeten vanaf de A4, wordt het nieuwe tracé 4 km lang. Door de verbeterde kwaliteit, zal ook een toegevoegd station ‘Hortus’ geen nadelige invloed hebben, op de reistijd vanuit Utrecht. Met één doorgaande spoor in de twee stations, en zo nodig passeersporen elders op het tracé Leiden – Woerden, is een combinatie van frequente stadsregio-diensten en interregionale diensten haalbaar. De lijn tussen Leiden (123 000 inwoners) en Alphen (75 000 inwoners) verdient meer dan een 30-minuten spitsdienst. De agglomeratie Leiden valt ongeveer samen met de Regio Holland-Rijnland, en die heeft 550 000 inwoners. De aanpassingen aan de lijn buiten Leiden worden echter apart beschreven.

Spoortunnel door Leiden

Metrolijn Rotterdam – Zoetermeer (ZoRo)

Hier werden eerder nieuwe metrolijnen in Rotterdam voorgesteld, met afwijkend systeem en voertuigen – niet te koppelen aan de bestaande lijnen. Een metrolijn naar Zoetermeer zou wel van een bestaande lijn aftakken: Lijn E naar den Haag – de voormalige Hofpleinlijn. Over een Zoetermeer-tak werd al jaren gesproken, maar uiteindelijk werd het een busbaan. Hier wordt gekeken of een metrolijn alsnog zinvol is.

Klik om te vergroten…

Tracé huidige busbaan Rodenrijs - Zoetermeer

 
Het metro-tracé staat min of meer vast, sinds de aanleg van de verlengde RandstadRail lijn 4, door de Vinex-wijk Oosterheem. Het wordt nog 2 km doorgetrokken, tot aan de spoorlijn Den Haag – Gouda: de verlenging is in ruwbouw klaar. Op op de kruising is een overstap-station gepland, het zogenaamde Station BleiZo. Al je de lijn verder doortrekt, dan kom je vanzelf op het tracé van de huidige busbaan, dat zelf de HSL volgt.

Oosterheem-tak op viaduct…

RandstadRail in Vinex-wijk

 
Blijkbaar was het ooit de bedoeling, om zodoende RandstadRail lijn 4 te koppelen aan de Rotterdamse metro. Dat zou een lange lijn opleveren, met een tracé die door Zuid-Holland slingert – van Rotterdam-Zuid, via Zoetermeer en Den Haag, naar de rand van het Westland. Dat tracé bevat delen van een naoorlogse metrolijn, een light-rail lijn, een omgebouwde spoorlijn, en een opgewaardeerde stadstram. Dat lijkt onwerkbaar.

Het wordt uitgegaan van een tegenovergesteld principe: het ontkoppelen van de vervoersstromen in de regio. In Den Haag zou een lichte metro de grote vervoersstromen overnemen. De resterende radiale tramlijnen fungeren als stadstram, niet als ‘regiotram’. Een viersporige lijn tussen Den Haag en Gouda wordt de hoofdverbinding met Zoetermeer, eventueel met een korte aftakking naar het centrum. De Zoetermeerlijn binnen Zoetermeer wordt daarvan losgekoppeld. RandstadRail zou in zijn geheel verdwijnen.

Verlenging naar Station BleiZo

Een verlenging van de Oosterheem-tak naar de spoorlijn Den Haag – Gouda is verenigbaar met het loskoppelen van de Zoetermeerlijn. Het heeft ook in de huidige toestand enige voordelen, maar niet zoveel als de betrokken gemeenten denken. (Het komt aan de grens van Zoetermeer en Lansingerland).

‘Bleizo’ aan de rand van Zoetermeer…

Randligging kruisstation Bleizo.

 
Het probleem is de perifere ligging van het station. Het gebied lag tot enkele jaren geleden voorbij de oostrand van Zoetermeer. Daarom is de HSL hier doorheen aangelegd – niet om Zoetermeer te bedienen, maar juist om de stad te vermijden. De gemeenten en vastgoed-belangen willen hier een grootschalige ontwikkeling op gang brengen, en het project Bleizo is daar een onderdeel van. Het station is in dat kader bedacht. Het is genoemd naar Bleiswijk en Zoetermeer, maar ligt ook te ver van Bleiswijk om het goed te bedienen. Vanwege de recessie staan de enorme bedrijventerreinen grotendeels leeg, en wat er wel staat (autoreparatie, distributiecentrum Aldi) is niet echt hoogwaardig.

Naast Station Bleizo: links de spoorlijn naar Gouda, op de achtergrond de HSL op viaduct, hoogspanningsleidingen, en een Tennet-schakelstation…

Station in open veld, Zoetermeer.

 
Op de voorgestelde viersporige lijn naar Gouda is er zeker ruimte, voor een nieuw station in het oosten van Zoetermeer. De verlengde Oosterheem-tak ligt er al, en daarom krijgt een kruisstation op deze plek wel een functie. Dat is vooral het aansluiten van de Vinex-wijk Oosterheem op de spoorlijn: de wijk ligt zelf perifeer ten opzichte van Zoetermeer, en de reistijd naar Den Haag is lang.

Verlenging van Zoetermeer naar Rotterdam

Er is vanaf ‘Station Bleizo’ een duidelijk tracé richting Rotterdam, maar dat betekent niet noodzakelijk een goed tracé. Het tracé volgt de Landscheidingsdijk van Delfland en Schieland, dat zelf de ‘achterkant’ vormt van de polders aan beide kanten. Zoetermeer is tot aan de dijk gebouwd: het is ook de gemeentegrens. Ook de HSL volgt de oude dijk, omdat dit gebeid relatief leeg was. Het tracé, in elk geval tot aan Berkel, is niet geschikt voor een metro. De nieuwe ZoRo busbaan loopt naast de oude dijk, tussen de kassen.

ZoRo busbaan: van links naar rechts; achterkant kassen, Landscheidingsdijk, busbaan, waterberging, achterkant kassen…

Buslijn 170 langs de kassen.

 
Station Bleizo ligt ook te ver naar het oosten, om dit tracé goed op Zoetermeer aan te sluiten. Het is tekenend dat de nieuwe buslijn niet via de plek van ‘Station Bleizo’ loopt, maar langs Station Zoetermeer naar het stadscentrum. (Voor een metrolijn dat afbuigt richting stadscentrum, is er geen geschikt tracé).

Verlengde Rotterdamse metro?

Na het passeren van de kassen, sluit de busbaan aan, op het tracé van de HSL langs Berkel, Bergschenhoek en Rodenrijs. Hier is er wel bebouwing, en het ligt maximaal 5 km van de bestaande Lijn E van de Rotterdamse metro. Een aftakking van de bestaande lijn (voormalige Hofpleinlijn) is wel denkbaar.

Het tracé is echter niet probleemloos. De HSL volgt ook hier de Landscheidingsdijk, op 200-400 m afstand. Het loopt tussen de dorpen – goed voor een HSL, maar niet voor een metro. De busbaan loopt vanaf de noordrand van Berkel pal naast de HSL, gedeeltelijk ook verdiept. Aan de oostkant is Bergschenhoek uitgebreid met Vinex-wijken, gebouwd tot aan de de HSL. Aan de westkant is juist een park in aanleg.

Busbaan langs Bergschenhoek: van links naar rechts Vinex-wijk, HSL in verdiepte bak, busbaan met halte, park, en daarachter Berkel…

Bus 170 naast HSL, Bergschenhoek.

 
De dorpskernen, en de meeste woningen, liggen juist niet aan de busbaan. Om ze te bereiken verlaat bus 173 de busbaan, en rijdt door Bergschenhoek: in Berkel en Rodenrijs is er een aanvullende buslijn 174, en een wijkbus 172. Dat kan een dubbele overstap betekenen, want de busbaan eindigt bij metrostation Rodenrijs.

Een aftakking van de metro zou overstap vermijden, en biedt een kortere reistijd naar het centrum van Rotterdam. De langere loopafstanden zijn dan minder problematisch. De verlengde metro zou het tracé van de busbaan overnemen, op enkele plekken aangepast. De verlenging krijgt vier stations: bij de Berkelseweg moet het tracé worden verlaagd. Het eindstation komt bij het Offenbachplantsoen, waar de metro alsnog aansluit op de busbaan.

Klik om te vergroten…

Rotterdamse metro naast HSL.

 
De aansluiting moet passen in de ruimte tussen de N209 en metrostation Rodenrijs. Een ongelijkvloerse kruising lijkt wel te kunnen: de aftakkende sporen moeten dalen, en het spoor richting Pijnacker klimt eroverheen. De nieuwe lijn draait vervolgens, om aan te sluiten op het HSL-tracé bij de Wildersekade. Deze ‘Berkel-tak’ wordt circa 4500 m lang.

Een ‘ZoRo metro’, waarover al jaren werd gesproken, ziet er niet in. De voornaamste reden is dat geen geschikt tracé werd vrijgehouden, bij de verstedelijking van het gebied. De regio werd ingericht voor de autorijdende forens, en dat is moeilijk om achteraf te corrigeren.

Metrolijn Rotterdam – Zoetermeer (ZoRo)

Metro Den Haag: naar Poeldijk

Hier werd eerder een lichte metro in Den Haag voorgesteld, grotendeels binnen de agglomeratie Den Haag / Delft. Twee lijnen kunnen ook worden verlengd naar het Westland. Hier wordt een kort verlenging voorgesteld van de metrolijn door Escamp, naar Poeldijk.

Het Westland ligt dichter bij Den Haag dan Rotterdam, en is ook traditioneel met Den Haag verbonden. Een verlengde lijn kan niet de heel regio bedienen: Poeldijk wordt een overstappunt. Een verlengde metrolijn uit Rotterdam zou daar ook eindigen, maar het is niet de bedoeling om de lijnen te koppelen.

Tracé Den Haag – Poeldijk

De metrolijn door Escamp loopt in een bijna rechte lijn van Station HS naar de stadsrand. Het laatste station komt vlak voor de ringweg (Lozerlaan), en van daaruit zou de lijn worden doorgetrokken.

Metrolijn vanaf Den Haag HS, langs de Melis Stokelaan…

Metrolijn in Den Haag door Escamp.

 
Hoewel de metro in Den Haag vooral ondiepe tunnels zou gebruiken, moet de verlenging in geboorde tunnel. Het kruist namelijk een recreatiegebied / groenzone, een half-afgebouwde nieuwbouwwijk, een kassengebied, en bij Poeldijk een geplande Vinex-wijk. Ondanks de diepe tunnel moeten wellicht huizen direct boven het tracé worden gesloopt. Dankzij de crisis stagneert de bouw hier, en bovenop het tracé lijkt bijna niets te staan, voorlopig. De kassen, met een lichte constructie, vormen geen probleem.

Het tracé loopt rechtdoor vanaf de Melis Stokelaan, en kruist de Wennetjessloot. Daarna draait het naar de rotonde, tussen Poeldijk en het bedrijfsterrein ABC Westland (tuinbouw-logistiek). Hier, tussen bedrijven en een nieuwe woonwijk, komt het enige tussenstation op de verlengde lijn.

Haagse metrolijn naar Poeldijk

 
Het tracé draait dan weer circa 45 graden, om aan te sluiten op de Nieuweweg / Nieuwe Vaart. Dit is ook het tracé van de voorgestelde tramlijn naar Poeldijk, dat een vergelijkbare functie heeft (verbinding Den Haag – Westland). De lijn zou hier klimmen, want het laatste stuk komt in ondiepe tunnel, mogelijk op maaiveld naast de weg.

Zowel de tramlijn als de metro vereisen verbreding van de Nieuweweg, en de aanleg moet gecombineerd worden. Zoals aangegeven bij het tram-voorstel, moeten de gebouwen langs de weg daarvoor wijken – vooral 20e-eeuwse bebouwing, geen erfgoed. Mogelijk loopt de tram boven de metrolijn, over de laatste 600 m. Omdat de weg naast een vaart ligt, zijn er hier geen kruisende wegen, wat de aanleg vereenvoudigt. (Een voetbrug naar de overkant kan ook over de metro/tram sporen).

Het station komt op de plek de lage winkelpanden, voor de kruising met de N213. Met de sloop van die gebouwen is er voldoende ruimte. De loopafstand tot de dorpskern is circa 400 m, en bijna heel Poeldijk ligt binnen 800 m van een metrostation. Het eindstation wordt verbonden, misschien via een voetbrug, met het eindstation van de lijn uit Rotterdam.

De metrolijn over de Melis Stokelaan wordt 6200 m lang, van Hollands Spoor tot stadsrand. De verlenging naar Poeldijk voegt circa 3800 m daaraan toe. Met acht tussenhaltes, komt Poeldijk op circa 16 minuten van de Haagse binnenstad te liggen.

Metro Den Haag: naar Poeldijk